Heeft u een AutoCAD vraag?

Voordat je een vraag plaatst altijd eerst even de zoek functie gebruiken!

Ga naar het onderwerp en stel uw vraag onderaan de pagina.

Er zijn twee verschillende werkomgevingen of 'ruimten' waarin u objecten in een tekening kunt maken, die via de tabs Model en Layout beschikbaar zijn.

Meestal wordt er in een 3D-ruimte een model, een werkvlak genaamd, gemaakt van geometrische modellen. In een tweedimensionale ruimte, een papierkader genaamd, wordt een definitieve lay-out van specifieke aanzichten en annotaties voor dit model gemaakt. Deze ruimten zijn toegankelijk via twee of meer tabbladen onder in het tekengebied: het tabblad Model en een of meer Lay-outtabbladen.

Opmerking: Deze tabbladen kunnen verborgen worden en in plaats daarvan als knoppen midden onder in het toepassingsvenster verschijnen.

Op het tabblad Model tekent u een model van uw onderwerp met een schaal van 1 op 1. Wanneer u op een lay-outtabblad werkt, kunt u een of meer lay-outvensters, bematingen, notities en een titelblok maken om een tekenblad weer te geven.

Quick Start voor lay-outs

Elk lay-outvenster is als een fotolijst met een 'foto' van het model in het werkvlak. Elk lay-outvenster bevat een aanzicht dat het model op de schaal en afdrukstand weergeeft die u opgeeft. U kunt ook opgeven welke lagen zichtbaar zijn in elk lay-outvenster.

Nadat u het schikken van de lay-out voltooid hebt, schakelt u de laag uit die de lay-outvensterobjecten bevat. De aanzichten zijn dan nog steeds zichtbaar en u kunt de lay-out plotten zonder de vensteromtrekken weer te geven.

Opdrachten

LAYOUT
Hiermee maakt en wijzigt u lay-outs voor de tekening.

LAYOUTWIZARD
Hiermee maakt u een nieuwe lay-out met pagina- en plot-instellingen.

MODEL
Hiermee schakelt u van het tabblad Layout naar het tabblad Model.

MSPACE
Hiermee schakelt u in een lay-out van het papierkader naar het werkvlak in een lay-outvenster.

MVIEW
Hiermee worden lay-outvensters gemaakt en beheerd.

PAGESETUP
Hiermee kunt u de pagina-indeling, het plotapparaat, papierformaat en andere instellingen voor elke nieuwe lay-out bepalen.

PSETUPIN
Hiermee importeert u een door de gebruiker gedefinieerde pagina-instelling in een nieuwe tekeninglay-out.

PSPACE
Hiermee schakelt u in een lay-out van het werkvlak in een venster naar het papierkader.

VPORTS
Hiermee kunt u meerdere vensters in een werkvlak of papierkader maken.

VPLAYER
Hiermee wordt zichtbaarheid van lagen in vensters ingesteld.

Systeemvariabelen

MAXACTVP
Deze systeemvariabele stelt het maximumaantal vensters in dat gelijktijdig actief kan zijn in een lay-out.

PSLTSCALE
Hiermee wordt de lijntypeschaal bepaald van objecten die worden weergegeven in papierkadervensters.

TILEMODE
Deze systeemvariabele maakt het tabblad Model of het laatste lay-outtabblad tot het actieve tabblad.

SketchUp Pro - Stunt aanbieding