Heeft u een AutoCAD vraag?

Voordat je een vraag plaatst altijd eerst even de zoek functie gebruiken!

Ga naar het onderwerp en stel uw vraag onderaan de pagina.

Het niet-systeemrasterstuurprogramma ondersteunt diverse rasterbestandsindelingen, inclusief Windows BMP, CALS, TIFF, PNG, TGA, PCX en JPEG. Het rasterstuurprogramma wordt meestal gebruikt om bestanden voor desktop publishing te plotten.

Op een na alle indelingen die door dit stuurprogramma worden ondersteund, leveren "afmetingsloze" rasterbestanden op waarvan de grootte in pixels wordt uitgedrukt, en niet in inches of millimeters. De Dimensional CALS-indeling is voor plotters die met CALS-bestanden kunnen werken. Als uw plotter met CALS-bestanden werkt, moet u een echt papierformaat en een echte resolutie opgeven. Geef de resolutie op in dpi (dots per inch) in het deelvenster Vector Graphics van de Plotter Configuration Editor.

Standaard plot het rasterstuurprogramma alleen naar bestanden. U kunt echter Show All Ports selecteren op de pagina Ports van de wizard Add-a-Plotter of de tab Ports van de Plotter Configuration Editor. Alle poorten van uw computer kunnen dan worden geconfigureerd. Als het stuurprogramma is geconfigureerd voor plotten naar een poort, plot het stuurprogramma naar een bestand en wordt dit bestand vervolgens naar de opgegeven poort gekopieerd. Het plotten lukt alleen als u ervoor zorgt dat het apparaat dat op de geconfigureerde poort is aangesloten, het bestand kan accepteren en verwerken. Raadpleeg de documentatie van de fabrikant van het apparaat voor meer informatie.

De uiteindelijke bestandsgrootte wordt bepaald door het type, het formaat en de kleurdiepte van het rasterbestand. Rasterbestanden kunnen heel groot worden. Gebruik alleen de pixelafmetingen en de kleurdiepte die u nodig hebt.

U kunt de achtergrondkleur voor rasterplots configureren in het aangepaste dialoogvenster Properties in de Plotter Configuration Editor. Als u de achtergrondkleur wijzigt, zijn alle objecten die in die kleur worden geplot onzichtbaar.

Procedure

Een rasterbestand maken


1. Zorg ervoor dat u een plotterstuurprogramma voor uitvoer naar rasterbestanden hebt geconfigureerd. (Zie Configure for File Output in de Driver and Peripheral Guide.)
2. Klik op tabblad Output > paneel Plot > Plot.
3. Selecteer in het vak Name onder Printer/Plotter van het dialoogvenster Plot een configuratie voor rasterindeling uit de lijst.
4. Selecteer de benodigde plotinstellingen voor het rasterbestand.
5. Klik op OK.
6. Selecteer in het dialoogvenster Browse for Plot File een locatie en voer een bestandsnaam in voor het rasterbestand.
7. Klik op Save.

Opdrachten

BMPOUT
Hiermee worden geselecteerde objecten opgeslagen in een bestand met een apparaatonafhankelijke bitmapindeling.

JPGOUT
Hiermee worden geselecteerde objecten in JPEG-indeling naar een bestand opgeslagen.

PLOT
Hiermee plot u een tekening naar een plotter, printer of bestand.

PNGOUT
Hiermee slaat u geselecteerde objecten op in een bestand met een Portable Network Graphics-indeling.

TIFOUT
Hiermee worden geselecteerde objecten opgeslagen in een bestand in TIFF-indeling.

Systeemvariabelen

RASTERDPI
Deze systeemvariabele bepaalt het papierformaat en de plotschaal wanneer u van dimensionale naar niet-dimensionale uitvoerapparaten overschakelt, of vice versa.

SketchUp Pro - Stunt aanbieding