TORUS

Hiermee kunt u een 3D-volume maken in de vorm van een torus.

Oproepmethoden

Knop


Lint: tabblad Home > paneel Modeling > Torus
Menu: Draw > Modeling > Torus
Werkbalk: Modeling

U kunt een torus maken door eerst het midden op te geven, dan de radius of diameter van de torus, en vervolgens de radius of diameter van de buis rond de torus. U kunt de afwerking van gebogen 3D-volumen bepalen, zoals een torus, in een ingekleurde of verborgen visuele stijl met de systeemvariabele FACETRES.



De volgende prompts worden weergegeven.

Specify center point or [3P/2P/TTR]: geef een punt op (1) of voer een optie in

Wanneer u het hartpunt opgeeft, wordt de torus zodanig geplaatst dat de centrale as parallel loopt aan de Z-as van het actieve gebruikerscoördinatenstelsel (UCS). De torus loopt parallel met en wordt in tweeën gedeeld door het XY-vlak van het actieve werkvlak.

Specify radius or [diameter] : geef een afstand op of typ een d



3P (3 punten)
Hiermee definieert u de omtrek van de torus door drie punten op te geven. De drie opgegeven punten definiëren ook het vlak van de omtrek.

2P (2 punten)
Hiermee definieert u de omtrek van de torus door twee punten op te geven. Het vlak van de omtrek wordt gedefinieerd door de Z-waarde van het eerste punt.

TTR (raaklijn, raaklijn, radius)
Hiermee definieert u de torus met een bepaalde radius die twee objecten raakt. De opgegeven raakpunten worden op het actieve UCS geprojecteerd.

Radius
Hiermee wordt de radius van de torus gedefinieerd: de afstand van het midden van de torus naar het midden van de band. Als u een negatieve radius opgeeft, wordt een volume getekend met de vorm van een rugbybal.

Radius
Hiermee definieert u de radius van de band.

Diameter
Hiermee definieert u de diameter van de band.